PAS OP VOOR ZOTTEN
Alle heren en vrouwen, zelfs al zijn ze van boeren-afkomst, weten dat een kaartspel bestaat uit 52 kaarten, aangevuld met nog enkele jokers. Er zijn vier soorten, namelijk:
- ruiten, ook wel koeken genoemd
- klaveren
- harten
- schoppen
Minder consequent wordt Van Dale van zodra er zotten worden opgevoerd. Een boer wordt ook wel eens een zot genoemd. Koeken-, klaveren- en hartenzot werden dan ook terecht als synoniem van koeken-, klaveren- en hartenboer opgenomen. Maar daar hield het dan ook op. Ruitenzot, schoppenzot en troefzot werden -allicht onbedoeld en ongewild- geweerd.

Hoe kan een scrabbelaar onthouden welke zotten hij niet op zijn bord mag leggen? Onthoud gewoon onderstaande advies:
Troef de zotten die ruiten inschoppen maar af!
Een laatste wetenswaardigheid: pas wanneer één of andere vrouw voor troefvrouw doorgaat, en dus heel wat aanzien geniet, mag ze volgens Van Dale ook troefdame genoemd worden. Zeg dus niet te snel "dame" tegen een kaartenvrouw.